retreats


Krishnamurti Retreats Worldwide weergeven op een grotere kaart

dinsdag 17 juli 2007

Een fabel

Een fabel

Er was eens, de manier waarop alle waar gebeurde verhalen beginnen, er was eens een wereld waarin alle mensen ziek en droef waren, en toch wilden ze allen bevrijd worden van hun pijn en geluk vinden. Op zoek naar dit geluk, baden ze, aanbaden ze, hadden ze lief en haatten ze, ze trouwden en voerden oorlogen. Ze kregen kinderen die zo ongelukkig waren als zijzelf en toch leerden ze die kinderen dat geluk hun recht was en hun uiteindelijk doel.

En op een dag, temidden van heel die gepijnigde wereld, klonk er een fluistering die aangroeide tot een schreeuw, dat er een Grote Leraar zou komen die omwille van zijn liefde voor de wereld en omwille van zijn wijsheid, voor degenen die leden, troost in hun verdriet zou brengen en zou tonen aan alle mensen ter wereld hoe ze blijvend geluk waarnaar ze allen zochten zouden kunnen vinden.

En om het blijde nieuws van de komst van de Leraar ruim te verspreiden werden organisaties en verenigingen gevormd, mannen en vrouwen over de hele de wereld reisden rond de wereld om te vertellen over de Leraar die zou komen. Sommigen baden tot hem dat hij vlugger zou komen. Sommigen voerden ceremonies uit om de wereld voor te bereiden om hem te ontvangen. Sommigen maakten diepgaande studies over vervlogen tijden toen andere grote Leraars waren gekomen, zodat door deze studies hem beter kunnen verstaan. Sommigen riepen zichzelf op voorhand uit tot discipelen, zodat er temminste enkelen zouden zijn om hem te omringen en te begrijpen als hij kwam.

Dan op een dag kwam hij. En hij vertelde de mensen overal ter wereld dat hij was gekomen om hen geluk te brengen, om hun pijn de helen en hun verdriet te verzachten. Hij zei dat hij zelf door veel verdriet en pijn is gegaan en zo zijn manier zijn huis van vrede, zijn Koninkrijk van eeuwig Geluk heeft gevonden. Hij vertelde hen dat hij gekomen was om hen te leiden en te wijzen naar die verblijfplaats. Maar omdat het pad leidend naar dat Koninkrijk steil en smal was, zei hij dat enkel zij die bereid waren alles wat ze verzameld hadden in het verleden opzij te zetten hem konden volgen. Hij vroeg hen hun Goden, hun religies, hun rituelen en ceremonies, hun boeken en kennis, hun families en vrienden opzij te zetten. En indien ze dat zouden doen, zei hij dat hij hen zou voorzien van voedsel voor de reis. Hij zou hun brandende dorst lessen met het levende water dat hij bezat en hij zou hen tot in het Koninkrijk van Geluk brengen waar hij voor altijd verbleef.

Dan begonnen de mensen die zo gedurende zovele jaren hadden voorbereid zich ongemakkelijk en verstoord te voelen. Ze zeiden : “Dit is niet de leer die we verwachtten en waarop we ons aan het voorbereiden waren. Hoe kunnen we nu afzien van al deze kennis die we met veel inspanning hebben verworven? Zonder deze kennis zou de wereld de Leraar niet begrijpen. Hoe kunnen we verzaken aan al deze prachtige rituelen en ceremonies waarbij we bij de uitvoering zoveel geluk en kracht ervaren. Hoe kunnen we afscheid nemen van familie en vrienden als we hen zo hard nodig hebben? Welk soort leer is dit nu ?”
En ze begonnen zich af te vragen onder elkaar: “Is het mogelijk dat dit inderdaad de Leraar is die we hebben verwacht ? We hadden nooit gedacht dat hij op deze wijze zou spreken en van ons zo’n verzaking, onthechting zou vragen.” En juist dezen die zich tot zijn discipelen hadden uitgeroepen, omdat ze meer vertrouwd waren met hem en zijn wensen kenden, voelden zich ongemakkelijk en in de war.
Na lang nadenken en mediteren zagen ze een oplossing voor hun problemen en dus licht in de duisternis. En ze zeiden: “Het is juist dat de Leraar komt om de wereld te helpen, maar wij kennen de wereld beter dan hij en we zullen dus als vertalers fungeren naar de wereld toe.”
En dus zeiden degenen die de kennis hadden: “Zijn vraag tot verzaking heeft geen betrekking op ons want de wereld heeft onze kennis nodig en kan niet zonder, zo omville van de wereld gaan we door met het zoeken naar kennis.”
En degenen die de rituelen en ceremoniën uitvoerden zeiden: “We hebben natuurlijk afgezien van alle riten en ceremonies omwille van eigen voordeel, we hebben ze niet meer nodig, maar omwille de wereld zullen we ze verder uitvoeren, anders zou de wereld lijden. Dus gingen ze door met het bouwen van Kerken en Tempels om rituelen uit te voeren, dit alles om de wereld te helpen, en ze waren te druk bezig om te luisteren naar de Leraar.
En de enigen die bereid waren tot onthechting waren zij die hun huis en familie verlieten omdat ze vrij wilden zijn van plichten en verplichtingen. En ze kwamen naar de Leraar toe en zeiden: “We hebben alles achtergelaten om u te kunnen volgen, kunt u ons geen gemakkelijke job aanbieden waarbij we voor u kunnen werken en ook in ons levensonderhoud kunnen voorzien.”
Er waren enkelen, die alles opzij zetten en aan de voeten van de Leraar zaten, en probeerden van hem te leren hoe ze de hongerigen en dorstigen zouden kunnen voeden of te drinken geven. Deze mensen dachten dat zijn kennis eerder behulpzaam zou blijken voor de wereld dan kun eigen kennis; dat zijn éénvoud makkelijker zou kunnen begrepen worden dan hun ingewikkeldheden; dat de Leraar wel best zou weten als hij zei dat rituelen en ceremonies niet nodig zijn voor het vinden van het geluk dat hij hen bracht; dat je in je hart kunt onthecht zijn van familie of vrienden zonder ze fysiek in de steek te laten.

Maar de anderen benaderden hem omwille van hun zelfzuchtigheid en ijdelheid. Zij zeiden: “De wereld heeft het brood van de Leraar niet nodig, maar een bijzonder gebak waarvan wij over het recept beschikken. De wereld heeft het water dat dorst lest niet nodig, maar enkel de wijn uit onze vaten. De woorden van jullie Leraar zullen de wereld niet vooruit helpen, want ze zijn te éénvoudig en de wereld kan de betekenis ervan niet verstaan. Wij hebben ingewikkelde theoriën om de ingewikkelde problemen van de wereld een oplossing te bieden en ze zijn begrijpelijk voor de wereld.”
Slechts weinigen van hen die zeer enthousiast zijn komst hadden aangekondigd kwamen dus luisteren naar de leer die hij bracht.
Er waren enkelen die zeiden: “ Dit is niet de Leraar die we verwachtten, dus we zullen doorgaan met de voorbereidingen voor de komende echte Leraar.” En de anderen bouwden muren en omheiningen rond hem zodat niemand bij hem raakte zonder de poorten te openen.
Na enkele jaren ging hij weg en toen bouwden dezelfde mensen die hem prezen als goddelijk geïnspireerd, nieuwe Kerken in zijn naam en vonden nieuwe en uitgebreide rituelen en ceremoniën uit om hem te eren, en ze bouwden een nieuwe religie gebaseerd op een leer die hij hun niet heeft gegeven. En de wereld leed verder en riep om hulp.

Jiddu Krishnamurti, uit: 'From Darkness to Light: Poems and Parables: The Collected Works of Krishnamurti Volume One', 1980, Harper & Row

Geen opmerkingen: