Soms gaat hij vlug
soms traag,
soms is hij breed,
soms groeft zich een weg door 't landschap
diep liggend, onzichtbaar en verborgen.
Gelaafd zwelt hij
dor en dorstig krimpt hij
zijn aard doch is beweging
immer grillig, niet op, maar neer
Zonder inspanning wentelend
zoekt hij zijn weg
de weg zonder weerstand
en gaat de weg alwaar hij niet kan gaan
Dan gaat hij breed en vol
in elke richting tegelijk
tastend naar een opening
even rustend, zijn aard
nog steeds beweging
Wentelend, grillig kolkend,
turbulent en krachtig
op zijn weg nemend en zuiverend
ruimte gevend aan het nieuwe
zijn aard is beweging
De bron
de monding
één stroom
één en al leven
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
stromend
doorheen deze werkelijkheid
verzwelgend is zij
van zodra zij
inneemt
mij
synchronisatie alom?
Een reactie posten